4987 - 94v


                                                                                                                                                                    H O M E    S I T E M A P     C O N T A C T     


Aan de Ed: Groot Agtb. Heeren Burgemeesteren & Regeerders der Stadt Rotterdam.

 

 

Geeven met verschuldigde Eerbied te kennen Mattheus Besselaar & Johannes Bruijning

Schippers van deese Stadt op delfshaven en vise versa.

 

 

Dat hun Supp.’n Veer, leg, of losplaats althans is, Aan het Steijger, tusschen de groote markt en het Zirikzeesche hooft.

 

Dat zij Supp.’n Uijthoofde de sterke leverantie der branders te Delfshaven, Aan de koopluijden deezen Stadt, genoegsaam dagelijks alhier moeten lossen. Zoodat de bovengem: leg, of losplaats, voor hun Supp.’n ten allermeeste moeijelijk en veel tijdsoorsaak is geweest, Zij Supp.’n buijten staat worden gesteld, om de negotie behoorlijk te kunnen ten diensten zijn, uijthoofden dat de Kolk, voornamenklijk des maandags en dingsdags der maten gepropt legt, en bezet is met marktscheepen, aardappelschuijten, & & dat niet (zonder veel tijd verzuim, Schaadevaaring aan hunne en andere Scheepen, verzeld met hooge, en dikwels al te sterke woordedespeling.) hun teegenswoordige Veer kunnen bekomen, behalven nog dat het dagelijks passeeren door de kleijne draijbrug ongereedt, en meede allerlastigt is, en waar zij Supp.’n, zoo door handen windt, als het steeds sterk stromenden sluijswater, dikwils schaade bekomen.

Al het welke veel ligt, motiveren kunnen geweest zijn,  dat H: Ed: Gr: Agtb: het dordrechtse veer, Eertijds Aan hun Supp.’n losplaats, verlegt, en geordonneert hebben waar het tegenwoordig nog is.

Wishalven zoo zijn de Supp.’n te raaden geworden hun reverenten lijk te keeren tot U WEd: Groot Agtb: ootmoedig verzoekende dat het U Wed: Gr: Agtb: goetgunstelijk gelieven -te behagen, hun supp.’n te doen bezongen een andere leg of los plaats; bevrijd van boven gem: inconvenienten, en moeijelijkheeden, daartoe onder revenentie U Wed: Groot Agtb: onder het oogbrengende, plaatsen, waar zij Supp.’n vermeijnen hun veer gevoegelijkst zouden kunnen werden geapproprieert. Als eerstelijk, aan begin van de Geldersche Kaaij, voor het ………… koffiehuijs, waarde Zuijdelijkste Antree, of vleugel. den gapenbrug reeds een hoek formeert, of van daar, ergens,  aan genoemde Geldersche kaaij, Voorbij de Koningsteeg tot aan de huizinge van Richard Gray.

Waar als dan zoude dienen gesteld te worden een houte hoofje, en Sterke wip, of stander om zware goeder te kunnen laaden en lossen, verders dat het U. Wed: Groot Agtb: Meede gelieven te behagen hun supp.’n als dan te ordonneeren om …

 

 

 

[Wordt nog vervolgd!]

 

Samengesteld door John H.M. Postmus te Rotterdam

   

 

        


S I T E M A P     C O N T A C T